30 september Choreografie Soms zie ik mooie dingen. Zoals de twee vrouwen die in de tram rug aan rug zaten en tegelijk hun hoofd naar achteren bogen om te gapen, waarbij ze elkaar net niet raakten. En de vrouw die op een bruine bank voor de televisie zat met haar ogen dicht en haar mond wijd open. Het is ook mooi als mensen handige oplossingen bedenken waarbij ze materialen gebruiken voor iets anders dan waarvoor ze bedoeld zijn. Verder vind ik het leuk als mensen mij niet aankijken maar wel naar de hond lachen.
29 september Een paar algemene opmerkingen over vragen en antwoorden Iedereen weet dat de vraag die je stelt, bepalend is voor het antwoord dat je kunt krijgen - het antwoord ligt er misschien niet in besloten maar de vraag bakent wel de ruimte voor dat antwoord af. In plaats van een ander antwoord te geven, is het daarom soms slimmer om de vraag opnieuw te formuleren. Herformuleren is altijd met inbegrip van het eerdere - of tegen de achtergrond van het eerdere. De mogelijkheid tot verandering zit over het algemeen niet in het radicaal nieuwe, maar in de ruimte tussen vraag a en vraag b (of begin a en b, als u literair aangelegd bent). Of in de wisseling van perspectief: iets opnieuw bekijken, op een andere manier laten zien.
28 september Geld Komende week collecteer ik voor het noodfonds van de Dierenbescherming. Mocht je willen doneren, stuur dan even een berichtje, dan laat ik weten waar ik sta. Iemand anders die staat te collecteren geld geven is natuurlijk ook goed.
27 september Gelden Ik las net de laatste column van Joris Luyendijk over de financiële wereld (en de economische crisis) - de enige column die ik iedere week las, vanwege de combinatie van kennis en inzichten (en het expliciteren van de machtsrelaties die zich op allerlei gebieden uitstrekken). Ik weet niet of ik het in alles met hem eens ben maar ze zijn wel een aanrader voor wie geïnteresseerd is in de achterkant van de informatie over banken en economie die we dagelijks over ons uitgestort krijgen (je kunt ze via de website van NRC teruglezen; zijn blog bij The Guardian is ook een aanrader vanwege de discussies).
26 september Hee hallo hoe is het nou
25 september Meer Verkouden zijn doet me vooral aan vroeger denken, toen ik klein was, ook al ben ik sindsdien ieder jaar wel een keer verkouden geweest. Aan donkere ochtenden met thee en geroosterd brood, regenpakken en rugzakken. Ik had een mooie fiets.
24 september Rein
24 september Robert Met Robert. Ik ben net naar het vliegveld geweest om te zien hoe laat de vliegtuigen vertrokken en hoeveel vertraging ze hadden. Schiphol. Ik heb ook twee DVD's gekocht, een van André Hazes en een van Nils Holgersson. Dat is een jongen die met de ganzen meegaat. Ik heb een zakje chips gekocht en wat te drinken bij de AKO op Schiphol. Ik zit in de Sprinter naar Amsterdam Zuid. Nee, naar Almere Buiten. Daniël ophalen bij Connexxion en dan naar huis. Kwart voor vier ongeveer. Ik ben pas om vier over drie in Almere. Oké. Doei!
23 september Of planten slapen 's Nachts had ik koorts en keelpijn. Meestal overdenk ik mijn zorgen als ik 's nachts wakker ben, maar nu voelde ik me voornamelijk prettig. Ik droomde vier keer over dezelfde persoon, ze zag er elke keer anders uit, alleen in de laatste droom was ze zichzelf. Ik wil een keer een stuk schrijven over het dromen van dieren en planten bij Aristoteles en Heidegger. Het is de vraag of planten slapen.
22 september Zelfportret met hond 2003
21 september It was a matter of turning a poem into a fichu Gisteren las ik een brief van Walter Benjamin aan Gretel Adorno over een droom die hij had die hem gelukkig maakte, je kunt hem hier lezen, 12 oktober 1939, ik raad dat aan (het laden van het bestand duurt even). De brieven zijn sowieso de moeite waard.
21 september Wegen Het is zaterdagochtend, eind september. De lucht is wit en de dag nog mistig. Op de schutting zit een duif, in de boom een merel. Er zijn dingen af en bijna af en gepubliceerd en net begonnen. Er zijn ook dingen te doen. Straks ga ik naar de supermarkt, daarna ga ik schoonmaken. Er zijn mensen en dieren die ik kan zien en dingen die ik tegen ze kan zeggen. Ik houd vast aan de vorm van mijn, van een, leven. Soms is het te laat, soms te vroeg, daar kan ik weinig aan doen, weinig tegen doen. Mijn gedachten zijn alleen zo luid, de laatste dagen. En de dingen die er niet zijn wegen soms zoveel.
20 september
19 september Touw Gisteren vroeg mijn collega of ik wist hoe hoog we zaten. We zitten op de vierde verdieping. Ik had geen idee, probeerde het aantal meters te berekenen maar het pand is kronkelig en oud en alle verdiepingen zijn verschillend. Hij vertelde dat hij van plan is om een touwladder te laten maken waarlangs we in het geval van brand aan de voorkant van het pand naar beneden kunnen klimmen. Ik had het idee al eerder gehoord, van een filosoof die op de tweede verdieping werkt. Ook zij maakte zich zorgen om de brandveiligheid van het gebouw. Ze heeft een oranje touw klaarliggen in haar kast. Dat heeft ze niet speciaal laten maken, maar de tweede verdieping is dan ook dichter bij de grond. We keken naar het raam aan de achterkant - daaruit zouden we op het dak kunnen klimmen, maar de dakgoot is smal en er zitten prikkers tegen de duiven, de grond is nog steeds ver en uitglijden is een reëele mogelijkheid. Onze andere collega kwam de kamer in. Ze vertelde dat ze vaak uit het raam kijkt en nadenkt over of het zou kunnen, daarlangs naar het andere dak lopen. Ze had al een aantal dingen bedacht over de dakgoot en hoe je je voeten zou moeten zetten. Ze vertelde ook dat de brandweer gezegd heeft dat de deur naar onze kamer brandwerend is en ons een uur zou moeten geven; we konden het in het geval van brand het beste afwachten, in een uur zou er wel een oplossing zijn. We probeerden een aantal luiken te openen, waarbij ik het slot van mijn luik aftrok - het is ook dichtgeverfd dus ik kreeg het niet open. Achter de deur van het luik van mijn collega zat nog een luik, dat we niet open kregen, maar waardoor je op het dak zou moeten kunnen komen. Boven het hoofd van mijn andere collega zit ook een luik, maar het is onbekend waar dat naar toe gaat en hoe het geopend kan worden. Het lijkt mij het handigst om bergbeklimmersoutfits aan te schaffen zodat we veilig naar beneden kunnen, desnoods met die touwladder. De collega van de touwladder zei dat hij zich vooral zorgen maakte over het keukentje op de begane grond, wat brand betreft, vanwege de wetenschapsfilosofen die daar gebruik van maken.
18 september
17 september Duiven tegen een witte lucht
16 september Zielig
15 september The things we do that seem to matter Vrijdag, zaterdag en zondag is een grote (1,5 bij 4,5 meter) tekening van mij te zien in Frascati III tijdens het Fall4Dance festival (toegang tot onze zaal is gratis). Ik doe mee aan de expositie Still in Motion van Furthur Labelz en het Nationaal Ballet. Zelf heb ik de tekening nog niet in zijn geheel gezien omdat ik hier onvoldoende ruimte heb om hem neer te leggen. Ik zal proberen om een foto te maken.
14 september Begroeting
13 september Political communication with animals Mijn eerste academisch-filosofische artikel is vandaag gepubliceerd, je kunt het hier lezen.
12 september Straten Ik fiets achter een meisje dat naar het parfum ruikt dat de meisjes vroeger op de manege gebruikten. Haar zwarte string komt boven haar strakke zwarte spijkerbroek uit, over een witte bloes. Ook dat doet me aan de meisjes op de manege denken. Ik ben op weg naar een nieuwe tandarts, de eerste nieuwe tandarts nadat ik mijn hele leven bij dezelfde ben geweest. Ik heb naar de oude tandarts gebeld en kreeg zijn vrouw aan de telefoon, die ik goed ken, ik denk dat ik ze nog wat stuur, misschien chocola. Een paar straten voor de nieuwe tandarts zie ik de straat waar mevrouw R woont, mijn oude lerares Grieks, bij wie ik toen ik vijtien jaar geleden voor het eerst in Amsterdam woonde op de kinderen paste. Ik kan er niets aan doen dat het verleden zich opdringt, ik fiets gewoon naar de tandarts.
11 september
10 september All these things we do (demo)
Ik heb in 2011 en 2012 bijna geen liedjes geschreven en ik dacht dat ik er misschien klaar mee was, maar dit jaar kan ik het bijna niet bijhouden - nee, ik kan het niet bijhouden want ik heb nu alweer een bak liedjes die eigenlijk niet op de nieuwe plaat passen, of misschien moet ik hem in twee delen maken. Er is altijd genoeg te doen.
9 september Vier uur Door het raam zie ik de stad. Het regent. Er zijn mensen met paraplu's en regenjacks en mensen die zich gewoon of trots nat laten regenen. Het water van de Amstel is bruin, net als de trambaan, de straat is donkergrijs, weerspiegelt de gebouwen. Een man met een rood jack haalt een regenbroek uit zijn fietstas. Ik begrijp niet goed waarom, hij draagt een enorm jack, maar misschien is het onderdeel van zijn routine, de dingen die houvast geven: als het regent doe ik een regenbroek aan. Als de broek aan is, trekt hij aan het touwtje van zijn capuchon tot alleen nog een klein rondje gezicht bloot is. Dan loopt hij met zijn fiets aan de hand uit beeld. Het is druk bij de tramhalte. Trams lijken op dieren. Het is mooi dat deze regen gestaag doorvalt, dat laat goed zien wat er gebeurt. Een man met een kleine hond, een meeuw, wolken. De vloer van deze kamer lijkt scheef, het kan ook mijn stoel zijn. Twee mensen in regenkleding duwen een kinderwagen, de klok slaat vier keer, mensen bewegen. Buiten is het zoals het altijd is in september als het regent. Alles lijkt in orde.
8 september En alles was roze Het licht was zo vreemd en de straten waren zo leeg, alsof mensen het binnen afwachtten.
7 september
6 september Moe Vermoeidheid is eigenlijk iets vreemds. Er zijn allerlei soorten: van het gewone en het goede moe tot doodmoe of moedeloos moe of hondsmoe, en ga zo maar door. Ik ben dit jaar (eigenlijk vanaf half december vorig jaar) vaker en dieper moe dan eerder - misschien omdat ik er meer tijd voor heb, misschien omdat de vermoeidheid zich jarenlang in het lichaam opstapelt tot het lichaam (en soms de geest) vol is en de vermoeidheid het zonder veel weerstand over kan nemen. Moe zijn kan prettig zijn omdat het de randen van een gevoel afhaalt of omdat de ik minder hoeft of meer samenvalt met zichzelf, maar het kan ook verlammend werken, een barrière vormen tussen de vermoeide en de wereld. Er is een passage van Sartre over iemand die aan het wandelen (of fietsen) is en zegt dat hij niet verder kan. Sartre vraagt zich af wat het betekent om niet verder te kunnen, want je kunt (fysiek) altijd nog wel verder (tot je dood neervalt, maar zo'n vaart loopt dat vaak niet). Ik associeer vermoeidheid ook eerder met doorgaan dan met opgeven. De weerstand is alleen groter, dus moet de inzet groter zijn. Of ik moeër word van dingen doen als ik moe ben dan als ik niet moe ben weet ik niet. Ik heb wel gepland om in 2014 een keer vakantie te nemen. Maar dat is meer omdat het goed is om dingen soms anders te doen dan anders.
5 september Actie Ik ben nooit enthousiast geweest over Femen. Ik heb nooit bij een actie van ze gedacht: o, goede actie. Ik ben niet tegen naakt, onder de juiste omstandigheden kan dat heel veel toevoegen, en politieke actie kan best een goede omstandigheid zijn. Gisteren las ik dat er een film over de actiegroep gemaakt is die claimt dat de groep bedacht is door een man, die bovendien in de organisatie aan de touwtjes trekt. Nu denk ik helemaal niet dat mannen geen feministen kunnen zijn - integendeel - maar de omschrijving van deze meneer en de situatie in de organisatie is niet zo prettig (lees het hier).
4 september Dispereert niet Het standbeeld van JP Coen in Hoorn is ingepakt door een aantal enthousiaste wildbreiers. Onbegrijpelijk design natuurlijk, maar juist daarom net goed. Over de bellen om zijn hoofd later meer.
3 september Uitzicht Sinds gisteren heb ik een bureau met een computer en collega's en een uitzicht. De Munttoren speelt ieder half uur een deuntje, er komen trams en auto's en fietsers en wandelaars langs. Schuin naast de V&D woont een koppel duiven.
2 september Nieuwe vrienden
1 september Zeevang In Waterland zag ik ganzen overvliegen, bij Watervang zwaluwen. Op de parkeerplaats van de McDonalds bij Purmerend zag ik kauwen en een kokmeeuw. In Purmerend begon het te motregenen. Ik fietste over de Oostdijk, langs Verloren Einde. Bij Hobrede had ik wind tegen. In de dakrand van het huis waar ik mijn eerste vijf jaar woonde zat een kauw. Ik ken alle dorpen daar, alle wegen, beter dan ik dacht, ik ken de snelste manier om ergens te komen en de mooiste. Als je lang in beweging bent, wordt tijd afstand. De dag wordt een dijk en een paar schapen, huizen, water, steen, veel gras en een geit die lang nadat ik was gestopt met aaien bleef roepen. Toen ik over de dijk fietste kwam ik langs het huis waar Pistolen Paultje woonde en ik vroeg me af of hij daar nog woont en of hij überhaupt nog leeft. Ik zou dat op internet kunnen opzoeken maar dat wil ik niet. Hij mag daar van mij voor altijd blijven wonen, met de twee ezels die tegenwoordig in de tuin staan. |