WEBLOG

 

 

woensdag 31 oktober

Een wens

Soms is een wens net een herinnering aan iets dat nooit gebeurd is. Als de ergste glans van het wensen af is, of het ergste moeten. Een oude ansichtkaart in je hoofd die je om kunt draaien zodat je de achterkant kan lezen, maar de letters zijn doorgelopen en er zou van alles kunnen staan. En waarschijnlijk staat er gewoon groetjes. Of tot ziens.

 

 

Arme kip

 

 

dinsdag 30 oktober

Stoplicht

 

Noordkromp

Je zal maar 410 jaar oud zijn. Als mossel. En die 410 jaar zijn allemaal ongeveer op dezelfde manier verlopen. Onder water, dag in, dag uit. Dan weer iets warmer, dan weer iets kouder. Mooi hoor.

 

 

maandag 29 oktober

Allerzielen

Gisteren heb ik gezongen voor de mensen, bij het vuur. De mensen vonden het heel mooi.
Toen ik thuis kwam, roken mijn handen naar vuur en sinaasappels.

 

 

Station Hilversum

 

 

vrijdag 26 oktober

Kopieerapparaat

Postkantoor Leyweg. Er komt een oude mevrouw binnen met een Maltezer Leeuwtje met een oog en een strikje om zijn haar uit zijn andere oog te houden. De mevrouw loopt naar het kopieerapparaat. Een frisse man van een jaar of dertig is net klaar met kopiëren. De mevrouw vraagt aan de man of hij haar even kan helpen, want ze weet niet hoe het apparaat werkt. De man zegt natuurlijk en legt het haar uit. De vrouw kopieert. Daarna stopt ze wat ze gekopieerd heeft in boterhamzakjes.
Als ze klaar is richt ze zich tot een dame van haar leeftijd. 'Het is eigenlijk heel makkelijk. Ik had het nog nooit gedaan, want mijn man deed dat altijd.' De andere vrouw knikt. 'Ja, mijn man deed het ook altijd, daarom heb ik mijn zoon meegenomen.' De zoon bleek de frisse man te zijn.
En toen moest ik huilen want dat is volgens mij zo de essentie van iemand missen. Het zijn de kleine dingen. Zoals kopiëren en boodschappen doen en hoe iemand in zijn handen knijpt of zijn tanden poetst en wat iemand altijd zegt of hoe iemand kijkt. En zo vind ik bijvoorbeeld spel- of taalfouten ook heel erg ontroerend.
Tegelijkertijd vind ik het heel goed en dapper van die mevrouw dat ze het zelf gaat doen, in het postkantoor, met haar hondje, want dan is die er ook meteen uit geweest. Want het is best koud buiten, en grijs.

 

 

Opstaan

Ik ken best wat mensen die niet van opstaan houden. Ik hou heel erg van opstaan. Het is een van mijn lievelingsmomenten van de dag. Ik hou ook van naar bed gaan trouwens. Maar meer van opstaan.
Ik hou ervan dat de hond elke ochtend weer heel blij is om me te zien, en ik om haar te zien. En ik hou van koffie drinken en een boterham met kaas (drie) en het feit dat alles kan gebeuren (een soort nieuw begin in het klein). Dat kan 's nachts natuurlijk ook maar dan slaap ik en dan gebeurt het in mijn dromen. Dat kan overigens ook best leuk zijn. Maar toch minder.

 

 

donderdag 25 oktober

Vrouwen

Ik las vanochtend een stukje in de krant op internet (dat ik nu niet meer terug kan vinden) over de arbeidsparticipatie van vrouwen. Er wordt vaak gezegd dat vrouwen minder ambitieus zijn en andere priotiteiten hebben (gezin, zorgen, je weet). En natuurlijk is het belangrijk om dat onder de loep te nemen. Om te zorgen dat vrouwen dezelfde kansen hebben als mannen en dat ze hetzelfde betaald krijgen. Dat er mogelijkheden zijn voor kinderopvang en dat mannen zorgtaken overnemen.
Waar echter vaak of altijd aan voorbij gegaan wordt, is dat het systeem waarin wij leven een mannelijk model is. Patriarchaal. Dat is de norm. En er wordt verwacht dat vrouwen zich op die manier gedragen en zich aanpassen. En dat voelt voor mij een beetje als de omgekeerde wereld. Omdat het patriarchale systeem niet zo goed werkt. Denk maar aan oorlog, klimaat, de manier waarop wij met de planeet omgaan. Ik zou ervoor willen pleiten om het om te keren. Of om in ieder geval te zoeken naar een balans.

 

 

Web

 

 

woensdag 24 oktober

Mijn zusje en de pissebed

Mijn zusje was vroeger nogal fan van de natuur. Dat resulteerde in spinnen in potjes en luciferdoosjes en wandelende takken in de boekenkast maar ze kon ook urenlang in de steeg mooie steentjes zoeken tussen het grind. En we vingen kikkervisjes die dan 's nachts werden opgegeten door de poes. Ja, wij hebben wat meegemaakt vroeger. Later werd mijn zusje fan van Kevin Costner (of eigenlijk Robin Hood) en Jon Bon Jovi en Michael Jackson. En ze was een keer verliefd op een clowntje in Frankrijk. Toen was ze vier en dat clowntje ook. Heel dramatisch allemaal. Maar dat is niet het onderwerp van dit stukje. We waren een keer op vakantie op een van de Spaanse eilanden (ik denk Ibiza) en toen zaten er pissebedden bij het zwembad. Mijn zusje was verliefd op een van die pissebedden (ik denk dat ze twee of drie was) en ze ging elke dag kijken en tegen ze praten. Maar op een dag waren de pissebedden weg. Mijn zusje was erg verdrietig.
En terecht trouwens. Insecten zijn wondertjes van de natuur en soms heel schattig. En ze kunnen vaak veel voor hun grootte (denk maar aan spinnenwebben, dat zijn toch fantastische dingen).

 

 

Het grote geheel

Soms raak ik verstrikt in het grote geheel. Ik ben nogal geobserdeerd door het milieu en dierenwelzijn en mensenrechten en proberen om het in het grote geheel goed te doen. Om het beter te maken. Dat is prima maar dat betekent niet dat ik het altijd goed doe, want dat kan denk ik niet. Het is soms hooguit een lovenswaardig streven.
Iets wat daarbij komt is dat ik vind dat we het als mensen niet zo goed doen. Mensen zijn als soort enorm conservatief. Soms heb ik best moeite met onze diersoort (een beetje zoals kattenmensen niet van honden houden, wat ik overigens heel dom vind, want houden van is houden van, en dat zou overal voor moeten zijn, en in die lijn hou ik ook van mensen maar soms vind ik mensen gewoon niet zo tof).
Het is heel lastig om systemen te vinden die werken (denk aan recycling of feminisme) (of de belastingdienst). Misschien komt dat omdat het sommige of de meeste mensen gewoon niet zoveel kan schelen. Die willen een nieuwe auto en meer geld dan ze hebben en een groter huis en op vakantie naar een ver land om daar in een hotel met airconditioning gebruik te maken van te jonge prostituees. Of zonder die prostituees maar met cocktails. Ik zou wel een lichtje aan willen doen in de hoofden van die mensen. Niet omdat ik weet wat goed is maar om te laten zien wat er ook is. Meer is.
Ik vind het ook lastig dat er geen oplossing is omdat het een proces is met heel veel verschillende onderdelen/kanten. En als je het optilt komen er ook nog pissebedden onder vandaan (mijn zusje had vroeger een pissebed als vriend, daarover een andere keer meer).
Maar zoals ik een vriendin gisteren sms'te, kleine stappen zijn het nieuwe zwart. En de enige kant die we opkunnen is vooruit. En dat stemt me op de een of andere manier heel erg hoopvol.

 

 

dinsdag 23 oktober

Nieuwe schoenen

Ik was net in de supermarkt en daar was een mevrouw (jaar of veertig, spijkerbroek, jack, beetje shabby) onbedaarlijk aan het huilen. Ze was haar tas kwijt. Er werd een meneer van de beveiliging bij gehaald en er werd wat gebeld en omgeroepen maar het mocht niet baten.
Toen de mevrouw weg was vroeg mijn cassière aan haar collega wat er eigenlijk in die tas zat. Nieuwe schoenen, antwoordde ze. En dat vond ik zo zielig. Want je bent daar alleen verdrietig om als je geen geld hebt om meer nieuwe schoenen te kopen (of als je heel erg into mode bent en het het laatste paar was, en dat was niet zo). Ik heb ook niet zoveel geld maar ik kan wel altijd nieuwe schoenen kopen (hoewel ik schoenen kopen haat maar dat is een ander verhaal). En soms is het wel goed om daar even bij stil te staan.

 

 

maandag 22 oktober

Gast

Ik heb een gast. Of eigenlijk heb ik haar nu even niet want ik heb haar naar mijn ouders gestuurd. Ze komt namelijk drie weken en mijn huis is te klein voor drie weken. Het is lastig en gezellig tegelijk. Ik leer haar Nederlandse woorden. Het enige wat ze goed onthouden heeft is blaasontsteking, bleekselderij, bureaublad, neushoorn, grote benen, elf, twaalf en ontdekkingsreiziger. En dankuwel. Ze is erg fan van de term Oostindisch doof want dat heb je niet in het Engels. En ik praat voornamelijk over bejaarden en kinderen, en zij over reclames (herinner je je die en die reclame? En ik ken ze natuurlijk niet want vroeger keek ik geen Engelse tv. Nu ook niet trouwens). Ze is vandaag dus weg, zodat ik kan werken zonder afleiding, en dat is heel fijn maar het is ook stil. Mijn gast is Boeddhist en zingt richting de cavia's (dat vinden de cavia's gezellig). Misschien ben ik toch makkelijker dan ik denk, want ik ben er eigenlijk al aan gewend dat ze er is.
Gisteren zijn we naar Breda geweest waar we een ontbijtconcert hebben gegeven. Het ontbijt was pannenkoeken en degene die gewonnen had lustte geen pannenkoeken dus toen hebben wij ze maar opgegeten. Het waren er best veel. Het was een leuke dag.

 

 

No

 

 

zondag 21 oktober

Brug

Hier.

 

 

Lucht

 

 

zaterdag 20 oktober

Niks

Alles is bedekt met een dikke laag niks als sneeuw waar ik niet doorheen kan kijken en ik haat niks. Omdat het zo weinig ruimte laat voor iets. Omdat het zo weinig ruimte laat voor mij.
Maar ik heb wel eens minder gehad.
Dus ik haal diep adem en begin.

Opnieuw.

 

 

donderdag 18 oktober

Ani DiFranco

Ik was gisteren naar het concert van Ani DiFranco in de Melkweg. De vorige keer dat ik Ani zag was in het Spuitheater in Den Haag tijdens The Music In My Head. Ze speelde toen solo en dat was echt het beste concert dat ik ooit gezien heb (om de liedjes en omdat ze zo'n goede performer is). Sindsdien ben ik veel naar haar muziek gaan luisteren en dat is wel belangrijk voor me. Muzikaal en politiek. Wat zo goed is aan Ani is dat ze niet alleen tegen dingen is maar ook voor dingen. Heel vaak blijft politiek in de muziek steken in het tegen dingen zijn (en dat maakt het ook eendimensionaal). Dat kan heel sterk zijn en ook nodig maar ik vind het heel dapper om hoop te hebben. En sterk. Om de schoonheid terug te geven. Om het te zien en er iets van te maken zodat anderen het ook zien.
Pas in de tram naar het Leidseplein besefte ik dat ik naar het concert ging (mijn hoofd, of ik, is nogal vol) en daar werd ik heel blij van. En van het concert werd ik ook blij, en verdrietig, zoals het hoort. Eigenlijk wilde ik mijn schoenen uit en met een dekentje op het podium gaan liggen. Ik was ook nogal moe. Ani was ook moe, en heel mooi, en ik ben blij dat ze er is. Dat geeft moed.

 

 

woensdag 17 oktober

Beestje

 

 

Regen

 

 

dinsdag 16 oktober

Alkmaar

Mijn vader heeft ooit een struisvogelei gevonden op het station in Alkmaar.

 

 

maandag 15 oktober

Keukenkastjesmannen

Er zijn nu drie mannen in mijn huis met twee keukenkastjes die als een soort buurman en buurman en buurman de keukenkastjes aan het ophangen zijn. Het zijn vriendelijke mannen. Ze maken grappen. Keukenkastjesgrappen. Ik heb al heel lang mijn haar niet gewassen en dat maakt ze niks uit. Misschien willen ze wel een tijdje blijven, gewoon, voor de afleiding. Dan eten we pannenkoeken en dan slapen ze in een stapelbed waar hun voeten uitsteken, in het halletje.

 

 

zondag 14 oktober

Crêpepapier

De wereld is van crêpepapier.
Als ik mijn arm heel ver uit mijn raam kon steken dan zou ik de boom kunnen omvouwen en ook de flat.
Elke ochtend kijk ik naar de zon die opkomt en elke avond zie ik dat het licht stuk is bij de lift, wat ik dan vervolgens vergeet en de volgende avond weer zie. Ik doe elke dag ongeveer hetzelfde. Dat doe ik normaal gesproken niet, dan doe ik elke dag iets anders.
Ik heb oorontsteking en antibiotica gekregen van een lieve weekenddokter met rode schoenen en piekhaar. Het verklaart waarom ik me steeds net voel alsof ik uit de achtbaan stap. Ik haat kermis en ik haat antibiotica. Ik haat niet kunnen spelen. Van niet spelen ga ik twijfelen. Van ziek ga ik huilen.
Als ik mijn arm heel ver uit mijn raam kon steken dan zou ik de tijd kunnen pakken en terug kunnen draaien, of vooruit. Maar ik denk niet dat ik dat zou doen. Want ik heb een hond die precies goed is en ik heb dingen te doen hier.

 

 

zaterdag 13 oktober

Omdat je niet alles moet geloven wat je op televisie ziet

Ik heb al een tijd geen televisie. Dat vind ik heel fijn. Om een aantal redenen: ten eerste heb ik meer tijd voor andere dingen. Want televisiekijken kost tijd en geeft daar niet zoveel voor terug. Ik lees het nieuws op internet en ik praat met mensen en soms heb ik een krant. 's Avonds werk ik of lees ik een boek.
Ten tweede blijven beelden nogal bij mij hangen. Een teveel aan visuele informatie. Ik kijk liever naar de vogels op de flat of op het balkon van de buren. Oorlog is namelijk echt en mensen die dood aan het gaan zijn ook. En dat hoef ik niet te zien. Ik zie het ook wel zonder dat ik het letterlijk zie.
Verder heb ik moeite met de lelijkheid van televisie (ik weet dat er ook mooie televisie is maar het grootste gedeelte van het aanbod is lelijk, echt lelijk). En de hoeveelheid reclame. Het verstoorde wereldbeeld/mensbeeld en de nauwe manier van kijken. Het is ook zo weinig persoonlijk. Ik heb net The Stone Gods van Jeanette Winterson uitgelezen (ja daar is ze weer!) en dat is intiem. Een boek lezen is intiem (muziek luisteren trouwens ook). Het is niet mijn lievelingsboek van haar, maar ik ben blij dat ze tegen me praat. Met volle aandacht. En ik luister met volle aandacht, en dat doet me goed. Aandacht, liefde, tijd, aanraken, aangeraakt worden.
Ik schrijf deze stukjes met diezelfde aandacht en tijd. Internet is een vluchtig medium en ik vind dat soms ingewikkeld. Tegelijkertijd zijn emails brieven (ik schrijf jou met volle aandacht en jij leest het, en niemand anders, en dat is intiem, ook al kan je het niet vasthouden) en woorden woorden, waar dan ook.

 

 

zaterdag 13 oktober

Afstand

Twee stappen, anderhalf uur, zestig kilometer, mijn computer, een oceaan, een leven. Of twee.
Vijf meter onder de grond. Een lichtjaar. Een ster. Vier sterren. Zeven.
Een telefoon (mijn telefoon, die in het water is gevallen en een karakter heeft ontwikkeld).
Een radio, een liedje, een signaal in de ruis. Zacht maar zeker.
Een cirkel. Verschillende cirkels die om elkaar heen bewegen met verschillende snelheden, zoals planeten.
Een trein en een fiets en een hele hele hoge berg.
Een tunnel door die berg.
Een ochtend met een helder hoofd en helder zicht en een lege weg.
Een weg.

 

 

vrijdag 12 oktober

Onder water

Dit verhaal is een antwoord want ik ben moe van vragen. Het soort moe waar slapen niet tegen helpt. Ik ben ook moe van woorden maar zonder woorden kan ik geen adem halen. Zeker onder water niet.
Hoe haal je adem onder water? En wanneer merk je dat je geen adem meer haalt? Of merk je dat niet? Stopt het gewoon, zonder einde?
Mijn huis ligt aan zee. Drie stappen met vloed, met eb een voetbalveld.
Ik sta op voor het licht wordt en loop naar waar land water wordt. Het water is een groot ademend dier. Ergens in de verte ben jij. Ergens onder water. Ik loop het water in. Tot mijn knieën, het is koud. Ik loop terug, ga zitten, het zand is nat, armen om mijn knieën, hoofd erop, als de hond op de rand van haar mand.
Jij bestaat niet. Ik besta niet. Hier bestaat niemand. Alleen zee, krabben en kwallen, en de twaalf meeuwen. De meeuwen vliegen boven mijn hoofd, op weg naar iets te eten. Ze zingen. Hard en schel.
Deze wereld is van zout en water. Deze wereld was er al lang voordat wij er waren en deze wereld zal er zijn lang nadat wij weg zijn. Dat troost me en het maakt me bang.
Ik schrijf je naam niet in het zand en ik bouw geen kasteel. Ik heb namelijk geen flauw idee. Wat ik wist weet ik niet meer en wat ik vergeten ben zie ik voor me, op de golven, als een schip of een booreiland, te ver weg om scherp te kunnen zien.
Er groeit zeewier op mijn benen en in mijn hoofd.
Ik schrijf je naam op mijn hand of mijn hart zodat ik hem niet vergeet. Je bent van inkt. Inkt lost op in water. Elke dag een beetje, tot er niks meer van over is.
Er zijn heel veel soorten niks.
Dit niks bijt als azijn.

 

 

donderdag 11 oktober

Een touw.

Het mist. Het of ik.
Ik loop naar het einde van de wereld en ga zitten. Mijn benen over de rand. Ik gooi een steentje naar beneden. Het maakt een rondje want de aarde is rond tegenwoordig en valt terug in mijn hand.
Ik vraag me af waar mijn hart van gemaakt is. Niet van glas en ook niet van rubber en ook niet van hout. Laat staan staal of steen. Iets tussen lucht en water en vuur en huid en wat daaronder en papier. Ik kan niet lezen wat erop staat. Ik geloof dat ik dat ook niet wil. Ik voel het al.
Ik vraag me af waar tijd van gemaakt is. Van hart misschien, of van touw of van muziek of van mensen en dieren die net geboren zijn en er nog niet helemaal zijn.
Ik vraag me af waar jij van gemaakt bent.
Daar denk ik over na totdat de zon opkomt.
Dan sta ik op en ga naar huis. Ik woon in een schelp. Soms kan je de zee horen. Soms is het je bloed dat ruist. Suist. Er wonen twaalf meeuwen op mijn dak. Ze eten de patat die de toeristen achterlaten en mossels.
In de winter slapen ze bij me in bed.

 

 

woensdag 10 oktober

De meeuw

Vanavond vond ik een meeuw. Een jonge zeemeeuw. Niet heel jong en al best groot, een puber ongeveer. Hij kon niet vliegen (wel een beetje fladderen, maar dat is niet genoeg) dus ik belde de dierenambulance om te vragen wat ik moest doen. Ik heb weinig ervaring met meeuwen en vond hem nogal imponerend. Ondertussen kwam er iemand anders een hond uitlaten die achter de meeuw aan ging rennen, dus de meeuw fladderde de weg op, het was best hectisch. En ik ben ook nog steeds ziek. Ik besloot de meeuw in een hoek te drijven bij de kerk en gooide mijn jas over hem heen. Daarna kwam er een buurman met een dekentje en hebben we hem in een kartonnen doos gestopt. Hij was braaf en probeerde helemaal niet te bijten.
De meeuw is net opgehaald door de dierenambulance. Hij is waarschijnlijk tegen het raam gevlogen en heeft zich bezeerd maar de jongen brengt hem naar het vogelasiel en dan komt het waarschijnlijk weer helemaal goed. Daar ben ik blij om.
Het vogelasiel is trouwens een hele leuke plek. Ik was daar een keer op zondagochtend, en op het dak zitten heel veel vogels die ooit in het asiel zaten en in de buurt zijn blijven wonen, allerlei soorten door elkaar.

 

 

dinsdag 9 oktober

Miriam heeft ook een boom vandaag

Je kunt op het plaatje klikken dan wordt hij groter.

 

 

tree

 

 

maandag 8 oktober

Over tijdreizen en nu

Ik reis veel in de tijd. Mijn liedjes (en andere dingen) spelen zich vaak af in de toekomst. En ook wel in het verleden. En tegelijkertijd altijd in het nu, omdat ze relevant zijn op het moment dat ik ze schrijf, omdat ze exact zijn waar ik ben op het moment dat ik ze schrijf. Exact is overigens niet letterlijk exact in de zin dat ik altijd in de situatie ben die ik beschrijf. Dat is lang niet altijd zo. Er zijn heel veel manieren om ergens te zijn. En de tijd, of ik, gaat in cirkels, en niet in een rechte lijn. Soms kom ik ergens langs waar ik eerder al eens geweest ben, en soms is het helemaal nieuw. Ik droom ook vaak over dezelfde plekken.
Ik geloof heel erg in andere manier van tijd beleven (dan de manier van de klok). Vraag het maar aan een kind, als je ergens op moet wachten dan duurt dat kwartier veel langer dan wanneer je aan het spelen bent.
Tegelijkertijd geloof ik heel erg in het nu. Het moet nu gebeuren. Straks is alles namelijk anders. Straks zijn andere dingen belangrijk. En als je alleen maar in straks gelooft dan is er nooit nu en dan ben je dus nooit waar je bent en dan is het dus nooit goed.
En ik wil graag geloven dat het goed komt, of is.

 

 

Maandag, regen

 

 

zondag 7 oktober

Boodschappen

Ik had een hele goede ervaring in de supermarkt.
Als je ziek bent moet je namelijk ook boodschappen doen. Tenminste, als je boodschappen nodig hebt.
Ik ga altijd naar de Jumbo. Omdat die het dichtste bij is. Maar ook omdat de Jumbo te gek is.
Ten eerste zijn ze tegenwoordig op zondag open.
Ten tweede draaiden ze Suzanne Vega. Dat was precies wat ik wilde horen in de supermarkt met koorts op zondagochtend. Jumbo draait meestal goede muziek. Vergeet platenmaatschappijen, ik ga voor een deal met de Jumbo.
Ten derde sloeg ik per ongeluk het pinapparaat kapot maar dat gaf niks zei het meisje.
Ten vierde gooide ik na betaald te hebben een fles wijn (mijn fles wijn) stuk en toen kreeg ik gewoon een nieuwe! En ik zei nog: 'dat hoeft niet want ik gooide hem zelf kapot'. Maar ik kreeg hem gewoon. Het meisje rende zelfs om hem snel te brengen.
En iedereen lachte vriendelijk.

 

 

stil

Ik ben een beetje stil want ik ben een beetje ziek. Ik liep vannacht door mijn huis en ik herkende niks.
Vroeger was ik veel luider. Stil is trouwens niet hetzelfde als niet aanwezig. Ik ben heel duidelijk aanwezig.
In een witte wattenwereld vandaag, als marsmannetje in verschillende lagen wol en stof. Als een schaap.
Ik denk na over verandering, omdat ik in een soort permanente staat van verandering leef, en dat komt mijn werk ten goede maar het laat soms zo weinig ruimte voor mezelf over.
Op een bepaalde manier is ziek vertrouwd. Snot, hoofdpijn, duizelig. Dat land ken ik.
We hadden vroeger een poes die Poemelie heette en die sliep vaak bij mij in bed.
Ziek zijn is tijdreizen, maar altijd terug en nooit vooruit.

 

 

zaterdag 6 oktober

stil maar

 

 

vrijdag 5 oktober

Wat een lelijke hond deel 2

Als je denkt dat je alles gehad hebt blijkt het altijd nog gekker te kunnen.
Vanavond kwam ik de mevrouw die 'wat een lelijke lelijke hond' gezegd had weer tegen. De lift ging helemaal naar beneden, naar de kelder, en daar stond ze. De liftdeur ging open en ze zag ons en toen zei ze: 'Oh ik wacht wel even. Ik ga niet in de lift met zo'n lelijke hond.' En toen zei ik: 'Goed zo, ik wil ook niet in de lift met zo'n lelijke mevrouw.' Toen de liftdeur bijna dicht was, ging hij weer open. 'Ik ga toch maar mee,' zei de mevrouw dreigend. Ik probeerde voor me uit te kijken en haar te negeren maar ze praatte tegen me aan over hoe lelijk de hond was. Negeren, dacht ik.
We moesten er op dezelfde verdieping uit, naar buiten, en toen ging ze me achtervolgen. Op 30 centimeter achter me lopen. Ik ging expres heel langzaam lopen zodat ze er langs moest maar dat deed ze niet! Ze bleef achter me staan en sprak over de hond. 'Hij ruikt poep. Honden eten poep.' Alles op zeer dreigende toon. (Ik verzin dit dus niet, dit is letterlijk zo gebeurd.)
Negeren dacht ik, en doorlopen. Ze stopte gelukkig bij haar fiets.
Hond en ik lopen nooit zo ver 's avonds, en aan het eind van de straat draaiden we om. Ze kwam recht op me af fietsen. Waar je niet mag fietsen. En ik liep daar en ik mocht daar lopen. Dus ik ging niet opzij maar stond gewoon stil en toen fietste ze tegen me aan. En zij viel om en ik niet want zo is het dan ook wel weer. Ik sta stevig.
Ze viel niet hard trouwens. Ze begon te schreeuwen dat ze de woningstichting over me gaat bellen om te vertellen hoe ik tegen bewoners doe. Ik vertelde haar dat als ze dat doet, ik aangifte doe bij de politie omdat ze tegen me aangefietst is. Misschien doe ik dat sowieso wel.
De hond blafte hard tegen haar.
Dat vond ik volkomen terecht.

 

 

Duiven

Ik wil graag iets vertellen over duiven. Heel veel mensen hebben namelijk een hekel aan duiven en dat vind ik gemeen en onterecht. Duiven kunnen er niks aan doen dat ze duif zijn en duivendingen doen, zoals poepen op je balkon. Bovendien zijn er zoveel duiven omdat mensen zoveel rotzooi achterlaten. Dus spreek daar dan de mensen op aan, en niet de duiven.
Ik vind wel eens duiven, die ziek zijn of verlaten door hun ouders, en het zijn best lieve dieren. Ze vinden het eng om vastgepakt te worden maar ze proberen niet om je te pijn te doen, zoals sommige andere vogelsoorten. Jonge duiven zijn vol van vertrouwen, die denken al snel dat ik hun moeder ben en mijn jas ons nest.
Verder kunnen duiven heel goed de weg naar huis terugvinden. En ze zijn taai. Daar heb ik wel respect voor.

 

 

Stadssprookjes

 

 

woensdag 3 oktober

Herfst

Ik hou heel erg van de herfst. En van de winter. Ik hou ervan als het regent en als het koud is en als het mist, zoals vanmiddag, en hoe het dan ruikt. Ik hou niet zo van de zomer, omdat het dan te warm is, dan kan ik niet denken.
Ik vind het fijn dat het elk jaar weer herfst wordt. Met bladeren die verkleuren en van vorm veranderen en dan uiteindelijk ergens naar toe waaien. Hoe het ruikt in het bos en hoe het waait op het strand. En de mensen in de stad en de lichtjes.
Het is zo'n gekke tijd nu, in de (of mijn) wereld, maar het is ook gewoon herfst en daar hou ik me maar een beetje aan vast.

 

 

i don't believe in falling apart

 

 

 

dinsdag 2 oktober

Zukunft

Linz 2001

 

 

maandag 1 oktober

Mannenbrandstof

Ik had het idee dat ik meer chocola moest eten. Dus ik zat nietsvermoedend in de trein met een Snickers (Snicker? Snickers!) en wat staat er op de wikkel: mannenbrandstof. Wat de fuck? Wat bedoelen ze daar mee? Is het een tip, een aanmoediging, een kritiek, een gedicht, een uitnodiging om over je geslacht na te denken? Hebben ze ze ook met transgender?
Ik heb geen tv, ik ga niet naar de disco, ik koop bijna niks, koop ik eens iets, krijg je dit.
Echt, ik verzin deze dingen niet. Er hoort ook een website bij. Maar die ga ik niet bekijken. Kom op zeg.
Het zou maar teleurstellen.

 

 

Koper

Het meisje, of eigenlijk is ze een vrouw, peutert aan het randje van haar nagels. Ze draagt iets met bloemen, herfst, zij, ik. Ik peuter dus aan mijn nagels terwijl ik in de trein zit. Tegenover me zit een mevrouw met roodgeverfd kort haar. Het is waarschijnlijk grijs onder het rood (of rood, ik denk dat er koper op het pakje stond).
De mevrouw is net opgestaan. Ze moest eruit in Beverwijk. Ze had rimpels. Ik denk niet dat ze heel oud was. maar oud is niet meer wat het vroeger was.
Ik zou wel met alle mensen willen praten, en ze vragen of ze gelukkig zijn, en hoe het was toen ze klein waren, waar ze wonen, van wie ze houden, wie ze missen, of ze een huisdier hebben en hoe dat heet. Ik zou wel een trein willen in plaats van een auto, en dat iedereen gratis mee kon (er zou veel meer gratis moeten zijn).

 

 

Castricum

Ik ging vanavond naar Castricum voor Allerzielen Alom, een project waar ik aan meewerk. In Castricum was het 1958 tussen het station en de begraafplaats.
Op een grafsteen stond de volgende tekst: 'We hadden het zo gezellig samen.'
Een meneer vertelde mij over zijn vrouw die overleden was.