weblog
                    archief

 

31 juli

Steen

 

 

30 juli

Amelisweerd

Mijn tip voor 2014 is het recent geopende Museum Oud Amelisweerd. Momenteel is de tentoonstelling Armando in het woud te zien, later dit jaar zal er een overzichtstentoonstelling zijn omdat hij 85 wordt. Een heel mooie ontroerende tentoonstelling op een mooie plek.

 

 

30 juli

Flauwekul

Olli wil de laatste tijd steeds een nieuwe kant op, alsof hij ergens iets zoekt. We lopen langs de Ysbreeker richting de brug over de Amstel. Het is nog warm. Een man op een bankje mompelt wat als ik langsloopt. 'Wat?' zeg ik. 'Het is geen flauwekul,' zegt de man. 'Nee,' zeg ik en ik meen het. Hij lacht gelukzalig, heft zijn biertje naar me als groet en toost terwijl ik verder loop.

 

 

29 juli

De tas

De tas is een handtas van donkerbruin leer, verweerd bij de naden, de hoeken zijn afgesleten. Het stiksel is lichter bruin dan het leer, misschien was het ooit donker. Het is een degelijke tas, het was ooit een aankoop om over na te denken of een verjaardagscadeau, maar hij heeft zich bewezen, is zeker twintig, misschien dertig jaar meegegaan, alleen de rits is een keer kapot gegaan en vervangen. De tas heeft twee grote vakken en een klein vak. In het kleine vak vind ik de portemonnee, een kam die tanden mist, een spiegeltje zonder randen, een aansteker, een munt van de kermis. De portemonnee is vol: pasfoto’s van de kinderen en de kleinkinderen, de visakte, pinpas, een bon van het koffiezetapparaat, een pas van de verzekering, een briefje van tien, veel munten, een pas van de bowling, een notitieblaadje met een telefoonnummer (zonder naam), een spaarkaart van de supermarkt om de hoek, een spaarkaart van Douwe Egberts, een strippenkaart, een stapeltje bonnen van de supermarkt met een elastiekje eromheen, een postzegel. In het voorste vak bevindt zich een agenda met voorin een verhuisbericht van de middelste dochter, een tekening van het tweede kleinkind, een ansichtkaart van het oudste kleinkind. In de agenda is weinig geschreven, er staan telefoonnummers in van belangrijke mensen, en in de eerste weken afspraken met de kapper en met mensen die korsetten besteld hadden. Het handschrift is bibberig maar goed leesbaar, met ouderwetse krullen. Het is met vulpen geschreven, in de tas vind ik alleen een balpen met het logo van de bank. In het achterste vak bevinden zich een kort meetlint, een kruiswoordpuzzel, een rolletje zonder plakband, nog een kindertekening, een brief van het jongste kleinkind, een uitgeknipte aanbieding van Kruidvat, een uitnodiging voor een modeshow van het een-na-jongste kleinkind, een visitekaartje, een drie jaar oud staatslot, een stukje gum, een strip kauwgom, een boeddhistische boekenlegger met kwastjes, een briefje met een telefoonnummer, een treinkaartje, een dobbelsteen.

 

 

29 juli

Loopbomen

 

 

28 juli

Geraakt door water

In verband met wateroverlast was het Watermuseum vandaag gesloten.

 

 

27 juli

marokko 2013

Mijn vader heeft een mooi fotoboek gemaakt. Je kunt hieronder de voorvertoning bekijken en het boek bestellen.

 


26 juli

Je zo te missen

 

 

25 juli

Van de nood een deugd maken

 

 

24 juli

Vasthouden, loslaten

 

 

24 juli

Zand

 

 

23 juli

Het lijkt me helemaal niet erg om uiteindelijk in een boom te veranderen

 

 

23 juli

Bergerbos

 

 

23 juli

Dagje uit

 

 

22 juli

Vandaag zag Olli voor het eerst de zee

 

 

21 juli

Bosch

Een demo van een liedje van de nieuwe plaat, die nog wel even op zich zal laten wachten, over het verzonken eiland Bosch. Hier.

 

 

20 juli

Je moeder

Over de inhoud van zijn intense gesprek met Poetin liet Rutte tijdens de persconferentie gisteren weinig los. Hij sprak wel de legendarische woorden: 'Ik weet ook niet wie ik anders moet bellen.' (Om te regelen dat het soepel verloopt op de rampplek.)
Het is ook allemaal niet makkelijk.

 

 

19 juli

Eten

1. Op de hoek van mijn straat zit een restaurant. Het zit er nog niet lang, hooguit een jaar. Ze verkopen er pasta en pizza en het is populair. Er zitten 's avonds altijd mensen op het terras, dat het eerste stuk van de stoep aan de linkerkant volkomen beslaat. Als ik mijn straat in wil van die kant (wat weinig voorkomt, ik kom meestal door de steeg naast mijn huis) moet ik de andere stoep nemen of over de straat. Toch is dat niet wat ik vervelend vind aan het restaurant. Het gaat erom dat het mijn straat is en dat er nu allerlei onbekenden zomaar zitten die vinden dat ze daar op de een of andere manier horen, voor het moment, terwijl ze er later niet meer zijn. Het is vergelijkbaar met de zomer, waarin allerlei mensen naar buiten komen die zich in de herfst en winter niet laten zien. Niet alleen het park wordt overgenomen, ook de straten.
2. Gisteravond was ik bij De langste vegetarische tafel, een evenement op het Museumplein met gratis eten ter promotie van plantaardig voedsel. Ik gaf twee euro vrijwillige bijdrage en de vrouw keek verbaasd (mijn zusje gaf vijftig cent); ik dacht dat ze het veel vond, later bedacht ik dat ze het waarschijnlijk weinig vond. Het eten was erg lekker. Het was mooi buiten, met het harde zomerlicht; in de vijver zwommen kindjes.
3. Mijn tomatenplant doet het erg goed, er groeien alleen geen tomaten aan. Maar misschien komt dat nog.
4. De vegetarische snackbar is nu ook in Amsterdam te vinden (op het Waterlooplein, hier).
5. Tot slot een stuk van Juffrouw Snor over pannenkoeken bakken in groep 3. Hier.

 

 

18 juli

Kreeft

 

 

18 juli

Loop

Ik stond te wachten voor een pashokje met een stapel T-shirtjes en dacht aan Olli. Ik miste hem. Ik stond daar en dacht: het maakt niet uit, dit, die kleding, al die mensen die kleding kopen, zouden ze wel weten dat het niet echt belangrijk is, dat hooguit lijkt. Ik paste shirtjes, liep naar beneden en stond weer lang in de rij. Ik dacht: ik sta hier te wachten en moet iets zinnigs denken anders is het zonde van de tijd (ik twijfel nog over de vierde en vijfde sessie van het dierethiek en -politiek vak), ik dacht vooral: wat is het druk, het is warm, hebben al die mensen niet iets beters te doen. De meeste mensen waren meisjes.
Even daarna gooide ik per ongeluk een fles shampoo van de bovenste plank toen ik een deodorant wilde pakken. Ik hoefde hem niet af te rekenen, ze hebben een lijst voor de producten die kapot gaan.
Op de fiets dacht ik na over de kleine en grote dingen en hoe die met elkaar verbonden zijn. De houding van mensen in kleine dingen toont hun houding in grote dingen. Er is hier op straat genoeg absurditeit te vinden. Genoeg schoonheid. Om ellende te zien kun je prima een supermarkt in lopen.
Aan het begin van de avond las ik dat er een vliegtuig neergeschoten was. Ik zette de radio aan, waar het vooral over de Russen ging en of die geschoten hadden - pas na verloop van tijd leek door te dringen dat het om mensen ging, dat er veel Nederlanders aan boord waren, toen veranderde de toon. Ik tekende een kreeft, zat buiten met de kat en de hond, er kwam een buurhond langs die gromde naar Putih, Olli gedroeg zich weer eens fantastisch, hij is echt heel sociaal. Ik luisterde nog steeds naar de radio, dacht aan oorlog, aan dat we gelukkig geen oorlogszuchtig land zijn, dat het zo mis zou kunnen gaan, zo mis gaat, is gegaan. Toen viel Israël over de grond Gaza binnen. Mensen twitterden (want wat kunnen we meer doen dan twitteren? - open vraag) huilende gezichtjes, en dat het een slechte dag was. (Er was ook goed nieuws, de Utrechtse serieverkrachter is opgepakt (moge ze hem lange tijd vasthouden).)
Het is de vraag wat dichtbij is en wat veraf. Het is allemaal dichtbij, allemaal veraf. Mensen begrijpen wat dichtbij is beter, kunnen zich er meer bij voorstellen. Er zijn ook dingen die dichtbij gebeuren en niet gezien worden, niet erg gevonden worden. Het meten is onredelijk, het niet-meten ook.
Ik verlang naar de herfst, dat doe ik altijd in de zomer. Ik verlang naar een tijd die beter is. We zouden straks kunnen gaan zwemmen; onder water is het altijd rustig.

 

 

17 juli

De balkonwachters

 

 

16 juli

Thema vagina

Vandaag vraag ik uw aandacht voor de vaginakayak van Megumi Igarashi. Hier nog wat hebbedingetjes. Vies woord trouwens, hebbedingetjes. (Zie ook dit. Deze kennen jullie vast al.)

 

 

15 juli

Haverkoekjes

In de categorie makkelijk en toch lekker en vast gezond: koekjes van havermout en banaan. Men neme een of twee bruine bananen, die men prakke in een bakje. Men voege havermout toe, een eetlepel lijnzaadolie (kan vast ook zonder) en wat attributen: bijvoorbeeld fijngesneden dadels, of gestampte noten, of kokos, of sesam. Prakken, mengen, bolletjes maken, beetje pletten, twintig minuutjes in de oven (175 graden) en voila, dan wel tsjakka.

 

 

15 juli

Wennen

Man in het park over zijn pup: 'Honden moeten wennen aan het leven.'

 

 

15 juli

Schaduwen op het hoofd van een slapende hond

 

 

14 juli

Contact II

 

 

14 juli

Contact

 

 

13 juli

Hondenhart

Ik schrijft hier niet veel over Pika. Dat heeft een aantal redenen. Ik schrijf sowieso niet veel, ik wil als ik over haar schrijf dat het goed is en voel me daar nu niet toe in staat, en het is nog niet echt verleden tijd. Met dat laatste bedoel ik dat ik nog erg door het verdriet overweldigd word. Als ik mijn ogen dicht doe om te gaan slapen zie ik haar op het matrasje liggen bij de dierenarts en vraag ik me af of ik iets anders had kunnen doen zodat ze niet gestorven zou zijn. Mijn gedachten zijn onbetrouwbaar en blijven op bepaalde punten haken. Ik weet dat het bij rouw hoort en dat ik dit moet afwachten. Ik ben getraind in missen en verlies, toch is het alsof dit de eerste (of tenminste de bepalende) keer is dat ik iemand kwijtraak, misschien omdat ze zo dichtbij me was. De manier waarop ik in de wereld sta, dingen beleef, mijn gevoel, mijn oordelen en keuzes, al die dingen zijn door haar beïnvloed; ze maakt deel uit van wie ik ben. Tegelijk was ik door met haar samen te zijn met die dingen verbonden, kregen ze betekenis doordat Pika er was, en dat mis ik nu; het maakt me dus, hoewel mijn bestaan niet zonder haar is, los van de wereld. Dingen moeten opnieuw betekenis krijgen, opnieuw gestalte krijgen. Dat gaat vanzelf, tijd is beweging en beweegt me, zoals je op het water verder drijft of dobbert en dan uiteindelijk wel weer ergens land ziet, of een ondergaande zon.
Pika heeft me de weg gewezen. Mijn werk is mede door haar bepaald en gevormd. Maar ook de manier waarop ik ben en wil zijn, mijn idee over hoe je een goed iemand moet zijn. Nu loop ik hard om mijn eetlust op peil te houden, ga ik met Olli naar het park om hem gelukkig te maken, lees ik om de tijd voorbij te doen gaan en ben ik mechanisch aan het werk. Ik schrijf aan een roman die een overblijfsel uit een vorig leven lijkt, heb een artikel afgemaakt en moet een vak opzetten. Ik ken deze manier van werken en weet dat werken goed is, al is het maar om de dagen richting te geven. (De dagen kunnen me overigens gestolen worden.) Ik weet ook dat dingen veranderen. En ik ben niet alleen. Maar ik ben wel allener dan ik was omdat Pika er niet meer is en er niemand is zoals zij; niemand heeft zulke zachte oren, niemand begrijpt me zo goed, niemand is zo lief voor me.

 

 

12 juli

Interpretatie

 

 

11 juli

Pootje

Na de picknick met de kinderen was Olli zo moe dat hij graag de tram in wilde. Dat was voor het eerst. We stonden bij de eerste halte van de lijn te wachten op de chauffeur en hij zocht langs de tram of er een deur open wilde. Hij wilde ook niet zo graag meer met mensen knuffelen; we gingen achterin zitten, we hoefden maar een klein stukje. Er stapte een meisje in dat Olli wilde aaien. 'Hoe heet hij?' 'Olli.' 'Lolli?' 'Olli.' 'Wolli?''Olli, met de o.' 'Olie!' Ze lachte en trok haar shirt naar beneden zodat er een groot stuk borst zichtbaar werd. Er stond een afdruk van een hondenpootje op de borst. 'Ah,' zei ik, op de toon van schattig. Ik vertelde dat mijn andere hond dood was gegaan (waar het meisje erg van schrok) en dat ik ook een tatoeage overwoog. Het meisje knikte. 'Ik zal het je vertellen. Mijn vriendin, Latifa?' Ik schudde mijn hoofd om aan te geven dat ik Latifa niet kende. 'Daar gaat het niet zo goed mee, dus ik zorg een beetje voor haar hondje. En toen heb die genomen.' 'Goed dat je dat doet.' Het meisje knikte enthousiast. 'We zijn zo close hè.' Ze gaf de afstand van aan met haar handen. Heel close. 'Dan kom ik en dan zeg ik Rocky, buiten, en dan staat hij daar al met zijn riempje.' 'Dat weten ze heel goed.' Ik vertelde waar ik geweest was en naar welk park ik altijd ga, zwaaide naar haar toen we de tram uit waren.
's Nachts was Olli bang voor het onweer. Hij piept en trilt dan en probeert een holletje te maken achter en onder zijn mand. Ik deed het licht en de radio aan, gaf hem lekkers om hem af te leiden, het hielp een beetje. Het helpt het meest om gewoon bij hem te zijn. Hij was eerder die dag in het park al in een holletje gekropen in de bosjes, om af te koelen, waardoor ik ook de bosjes in moest en helemaal vies was geworden; hij houdt erg van kuilen en holen. Misschien moet ik naar Ikea, dacht ik, voor een kinderspeeltent of zoiets, een plek waar Olli kan schuilen in het huis. Op de radio stelden luisteraars ondertussen vragen die andere luisteraars beantwoordden. Een van de luisteraars vertelde een mop, later belde er een andere luisteraar die de mop niet begreep.

 

 

10 juli

De laatste keer met de trein

 

 

9 juli

Weg

De weg brak en we konden niet verder (dus we bleven waar we waren en probeerden er het beste van te maken).

 

 

8 juli

Maandag of dinsdag

 

 

7 juli

Boterbloemen

 

 

6 juli

Contrast

1. Op de kade staat een groep witte welgestelde mensen. Ze kijken naar een grote sloep die uit de verte aan komt varen. 'Zo gaan ze ook van Afrika naar Italië,' zegt een man tegen de vrouw naast hem. Dan barst de groep in gezang uit. Lang zal hij leven. De jarige job staat in het midden van de boot, glimmend van de verrassing.
2. De drie meisjes van de overkant hebben Olli ontdekt. Vorige keer riepen ze zijn naam van een afstand, vandaag zei ik dat ze hem wel mochten aaien. Hun vader is banger dan zij, ook al zeg ik hem dat Olli echt niet bijt. Ik ging naast Olli zitten. De oudste stak haar hand uit en trok hem gillend terug toen Olli eraan rook. Ik vertelde dat hij vroeger geslagen is door mensen dus het eng vindt als ze dat soort bewegingen maken. Dat trok het middelste meisje over de streep. Ze aaide zijn rug. 'Wat is hij mooi,' zei ze. 'Zo zacht. Mag ik zijn staart aaien?' 'Ja hoor,' zei ik. Ze aaide zijn staart. 'Hij wiebelt met zijn staart,' riep het meisje. 'Dat is kwispelen,' zei ik. 'Dat betekent dat een hond blij is. Dat hij jou lief vindt.' Daarop aaiden alledrie de meisjes Olli even. 'Hij wiebelde met zijn staart,' hoorde ik het meisje roepen toen ze wegliepen. 'Hij vindt me lief.'
3. Ze hadden gezegd dat het koeler zou zijn maar met de zon was het hardlopen zwaar. Ik ben steeds in de war over de temperatuur. Zwaar weer, dacht ik. Misschien is het de luchtvochtigheid die het zwaar maakt, dacht ik daarna. Toen verdween de zon en werd het lichter.

 

 

5 juli

Stam

 

 

5 juli

Zuurkool

Verderop in de straat wonen drie mannen die misschien een kunstenaarscollectief vormen maar elkaar ook zouden kunnen kennen uit de psychiatrische kliniek. Ze versieren hun huis en stoepje. Zo maakten ze bijvoorbeeld een gezicht van zuurkool in de goot, met een zonnebril erop, en hebben ze een vaste duif voor wie ze een bakje water neerzetten met paprikachips ervoor (die duif ligt vaak voor hun huis te wachten). Ze betekenen witte T-shirts met balpen, die ze tegen het raam hangen; in de plant hangen ze meubels en keukengerei. Boven de deur hangt ondersteboven een stoel. Soms zitten ze er zelf tussen, eentje speelt gitaar (die noemde Olli laatst 'echt een Friese standaard' - hij bedoelde misschien staander of stabij). Vanochtend zag ik een grote kleurenfoto van een jonge Beatrix met een hond. De woonkamer ziet er netjes en gewoon uit, misschien kunnen ze op deze manier goed hun energie kwijt.

 

 

4 juli

Alles leek zoals het altijd was maar daar was niets van waar

Bij Purmerend zie ik door de ruimte onder het perron de tuin erachter, lager; brandnetels groeien over witte plastic stoelen.
Midden op een veldje ligt een boot met de buik omhoog naast een picknicktafel.
Naast de rails hangen bordjes met getallen.

Lang zacht gras.
Vijf schapen om een tractor.
Een witte lucht, wolken, een blauwe lucht.
De schoorsteen bij Purmerend Overwhere trekt mijn aandacht.

 

 

3 juli

De stad is natuurlijk ook een museum

Met al die voetstappen die in de straten gelopen zijn, al die herinneringen die in lichamen opgeslagen liggen, al die vloeren en gebouwen, deuren die openen en sluiten, ramen als lijsten. Met bomen die toekijken, trams die beweging laten zien, gedachten die wolken vormen. Wolken die zich samenvoegen tot een wolk en weer splitsen boven een markt, boven een groep schoolkinderen in een park. Je kunt komen kijken maar niet zonder deel te worden van wat anderen zien.

 

 

3 juli

Imitatie

 

 

2 juli

Hartstikke lekker

Ik maak tegenwoordig vaak een curry die ongeveer zo gaat: beginnen met het snijden en aanbakken van uien, knoflook, gember, pepertje, kerrie/andere specerijen, wat zout, dan het toevoegen van groente (bv bloemkool, wortel, prei, broccoli, courgette, net wat je in huis hebt of waar je van houdt), dan eventueel van water en linzen, tenslotte van kikkererwten of tofu en dan kokosmelk. Als het gaar is ruim koriander erdoor hakken. Serveren met rijst.

 

 

1 juli

Het nieuws van de week en een tekening

De nieuwste chimpanseemode is het dragen van een grasspriet in het oor (casual of chic mag je zelf weten).
In Bolivia tikt de klok tegenwoordig linksom (revolutie begint met tijd).
De zee licht weer op.