weblog
                    archief

 

zaterdag 31 juli

Actie

Een rechts kabinet is eigenlijk een ramp. Actie, denk ik steeds, maar hoe? Infiltreren? Geweld? Geweldloos verzet? En wat moet er met het volk? Misschien kunnen we iets met Brabant en Limburg.

 

 

vrijdag 30 juli

Paradiso

Ik had een grote kleedkamer voor mezelf alleen waar ik een uur lang met mijn jas aan een boek heb gelezen, het was er best koud. Ik vroeg me af wat ze met de aangebroken flessen frisdrank doen (er stonden alleen volle flessen). Worden die door medewerkers mee naar huis genomen? Of leeggegoten in de wasbak? Er was wel voldoende bier.

 

 

donderdag 29 juli

Het lint en de veer

De twee leukste speeltjes gecombineerd, hij wordt er helemaal wild van.

 

 

woensdag 28 juli

Meneer

Meisje: 'Waarom heb jij een rode jas?'
Ik: 'Ik hou van rood.'
'Je bent net Roodkapje.' Ik hing mijn tas over mijn schouder. 'Nu niet meer.'
'Nu ben ik gewoon iemand met een rode jas.'
'Een mevrouw met een rode jas.'
'Zoiets.'
'Jij bent een mevrouw en ik ben een meneer.'
'Soms ben je een mevrouw, soms een meneer.'
'Inderdaad.'

 

 

dinsdag 27 juli

Huis, moord

Uuuu - ik ben als 3e geëindigd bij een heel leuk huis. Ik moet 1 en 2 liquideren: het is mijn huis! Dat moeten ze begrijpen. Het is heel klein maar heeft een kelder waar makkelijk een paard in zou passen, en een soort tuin voor de poes, met duiven.

 

 

maandag 26 juli

Gevonden

Ik vond net toch zo'n lieve poes met een zacht vachtje! Ze had zich verstopt naast de regenpijp bij de voordeur, in een heel klein hoekje, en ze miauwde jammerlijk. Het was geen buurtkat, ik had haar nooit eerder gezien. Eerst dacht ik dat ze misschien gewond was, maar dat bleek niet zo te zijn. Ik heb haar in een bakkie gedaan (ze spinde keihard) en de dierenambulance gebeld, en die hebben haar opgehaald. Ze had geen chip. Misschien is ze ontsnapt uit een huis, of buiten gezet door mensen die op vakantie gingen.

Update: ik zag net een jongen met gouden voortanden in de bosjes zoeken, en dat bleek het baasje. De poes was van het balkon gesprongen of gevallen, van de derde verdieping. Het was een lieve jongen, hij was heel opgelucht dat de poes terecht was.

 

 

maandag 26 juli

De opening

Klein filmpje: hier.

Conversatie: 'Wat ben je een mooie vrouw geworden. Wat een mooie vrouw. Een mooie sterke vrouw. Wat ben je een mooie sterke vrouw geworden. Ik zag je altijd fietsen, en dan dacht ik: dat is die dochter van Gerrit, wat is dat een mooie vrouw geworden. Je bent een mooie sterke vrouw geworden. Maar het probleem van mooie sterke vrouwen is: waar vinden ze een man? Waar vinden ze een man die sterk genoeg is voor een sterke vrouw?'
'Bedankt. Ik ga nu even met iemand anders praten.'
'Ja, een mooie sterke vrouw. Waar vinden ze een man. Dat is altijd het probleem.'
'Fijne dag.'
'Het is al een fijne dag, het is een prachtige dag.'

klik voor grotere versie

Verslag (niet van de opening): hier.

 

 

zondag 25 juli

Anthony

Vorige week ontmoette ik een kleuter die Anthony heette. Hij was heel klein en droeg een zwembroek. Ondanks zijn jonge leeftijd en kleine kleuterlichaampje was hij net een oudere man, een manager uit een reclame, iemand die gebaren maakt om zijn woorden kracht bij te zetten ('ja precíes,' wijzend met een vingertje). Hij maakte ook goede grappen. Het was eigenlijk een soort alientje. Hij hield van gitaarspelen.

 

 

zaterdag 24 juli

Voor de agenda

Morgen is de opening van Verlangst, om 16 uur, en aanstaande donderdag speel ik in Paradiso tijdens Café Paradiso (grote zaal), om 20.30 uur. Dus trek een leuk kleedje aan en kom dansen.

 

 

zaterdag 24 juli

Iedereen kijkt naar me.

 

 

vrijdag 23 juli

Het pronkstuk van de tentoonstelling

 

 

 

vrijdag 23 juli

Hondje en ik, 's ochtends vroeg

 

 

donderdag 22 juli

Verlangst

Klik op de foto voor het werk in uitvoering.

 

 

woensdag 21 juli

De buurvrouw van 162

 

 

woensdag 21 juli

Patrijs

Een paar dagen geleden lag er een eng dichtgeknoopt plastic tasje van Kruidvat voor de deur. Ik wilde het weggooien maar toen zag ik dat er een briefje in zat:

De buurvrouw van 162 is de buurvrouw van de Dr Oetker pizza's, voor degenen die dit weblog al langer lezen.
In het tasje zat een grote hoeveelheid tomaten, een komkommer en dit:

De dag erna vroeg de buurjongen die altijd koffie met me wilde drinken of ik een patrijs wilde. Hij had er een, en wilde er een vrouwtje bijnemen, en ik mocht de kindjes. Ik zei dat je geen patrijzen kunt houden in deze flats, maar dat drong niet door. En dat ik geen patrijs wilde, met de poes. Dat drong hopelijk wel door.
Tenslotte is buurman Jozef een soort orakel aan het worden. Soms zegt hij mooie dingen ('het wordt vuurheet vandaag' of 'hij splijtte doormidden gelijk een luciferhoutje' over een boom waar de bliksem in sloeg), maar ik begrijp er vaak weinig van. 'Ik ga maar het Wilhelmus zingen,' zei hij gisteravond laat, over het warme weer.

 

 

dinsdag 20 juli

Middag

Er kruipen kleine diertjes over de klok. Het lijken vliegen. Hun zwarte lijfjes vormen cijfers. Ik tel met ze mee.
Het is warm in huis. Iedereen slaapt.

 

 

maandag 19 juli

Aardig

Soms vraag ik me af of ik aardig ben. Ik denk eigenlijk van niet. Ik ben beleefd en meestal ben ik vriendelijk, maar daar houdt het op. Tegen mensen tenminste, tegen dieren ben ik wel aardig. Ik vind het wel een goede eigenschap (zeker voor vrouwen of niet-mannen), om niet zomaar aardig te zijn. Aardig zijn (of doen, ik bedoel meer doen dan zijn denk ik (hoewel die twee niet goed te scheiden zijn), het is vaak een houding) is vaak een dekmantel of een concessie of gemakzucht, een dekentje om andere dingen dan wel jezelf mee te bedekken, is zelden een uiting van waarachtige interesse.
Ik ben soms aardig, tegen mensen die ik aardig vind (uitkies). En ik ben soms geroerd door de oprechte aardigheid van anderen.

 

 

zondag 18 juli

Verhalen

Onder de douche bedacht ik dat dieren geen verhalen vertellen. Dat moet ik natuurlijk anders zeggen, want dieren vertellen wel verhalen, het zou iets moeten zijn als 'dieren vertellen mensen geen verhalen zoals mensen elkaar verhalen vertellen en hoe zit dat precies / wat houdt dat in'. (Ik bedoel dus geen taal.) Het is geen nieuwe gedachte en zelfs geen hele interessante, maar ik ben blij dat ik het bedacht, want het verbindt wat losse draadjes: mijn interesse in verhalen en dieren en dierenrechten en verhalen vertellen over (als!) dieren en nog wat dingen. (Het gaat niet alleen over het vertellen maar ook over het luisteren; mensen luisteren over het algemeen slecht.) (Er zijn geen overlevenden van de bio-industrie die kunnen vertellen over de gruwelen en binnenlopen met hun autobiografie (er zijn sowieso geen overlevenden). Bijvoorbeeld.)
Ter afsluiting een verhaaltje: de kat praat tegenwoordig tegen de hond, wat ik buitengewoon ontroerend vind. Hij praatte altijd al wel tegen haar, bijvoorbeeld als ze in de weg stond, of als ze hem 's ochtends bij het opstaan een lik over zijn hoofd gaf (ook al zo ontroerend; de hond is altijd blij bij het opstaan en geeft me dan kusjes, en de poes krijgt dan ook een kus - eerst zei hij dan beledigd mrèh, nu ondergaat hij het met een soort trots, ik zou het haast liefdevol noemen), maar niet zomaar. Ik praat tegen allebei veel, en het lijkt alsof hij dat overgenomen heeft. Als de hond 's avonds uit de slaapkamer komt om te zeggen dat ze wil wandelen praat ik vaak een beetje tegen haar (ben jij mijn lieve pluizebakkie), en de kat doet dat nu ook, op ongeveer dezelfde toon: miew miew, miew miew miew.

 

 

zondag 18 juli

Meet Herman, de fallische cashewnoot

 

 

zaterdag 17 juli

Zichtbaar

Ik zou graag een optocht willen organiseren met alle dieren uit de bio-industrie in Nederland, alle hokken willen openzetten en ze door de straten laten lopen - varkens, kippen, koeien, en alle andere dieren, door elkaar, als kunstwerk en protest. Nu zou het voor de dieren niet leuk zijn, ze zouden er bang van worden, en veel dieren kunnen niet goed lopen omdat hun lichamen daar niet geschikt voor zijn (zere poten, te zwaar, slechte conditie, andere afwijkingen). Maar anders zou het fantastisch zijn.

 

 

vrijdag 16 juli

 

 

vrijdag 16 juli

Gisteren

Eerst zei iemand: 'Ik vind borsten hartstikke leuk maar ik heb niks met vagina's' en daarna zei iemand: 'We delen iets van 55% van ons dna met bloemkolen, we zijn allemaal verwant.'

 

 

vrijdag 16 juli

De grootste tomaat die ik ooit zag

Ik kocht een hele enge grote tomaat. Ze waren goedkoop, de grote tomaten, vandaar. Ik had er eigenlijk iets naast moeten leggen op de foto, want nu kun je het niet zien, maar neem maar van mij aan dat het echt een hele grote tomaat was. Ik moest weerzin overwinnen om in de tomaat te snijden, en later om hem op te eten. Het was ook niet makkelijk, het snijden, hoewel de tomaat heel rijp was.

 

 

donderdag 15 juli

Over de kunst van het missen deel 1

Ik vraag me af of missen kan wennen, en of het als het went nog missen is. Ik maak hierbij een onderscheid tussen missen in het algemeen, en het concrete missen in een aantal concrete gevallen. Ik ben gewend, gehecht zelfs aan een zekere mate van ontheemding, van me niet thuis voelen, me ongeveer nergens thuis of helemaal op mijn gemak voelen behalve in mijn werk (in het maken en het uitvoeren). Daarbuiten ben ik onrustig (daarom houd ik ook niet van vakantie; ik word er zelfs depressief van), het is nodig dat ik me actief tot mijn omgeving verhoud om er op een bepaalde manier sense van te maken, om het begrijpelijk te maken. Dat (aan eenzaamheid grenzende) missen of gemis is dus (hoewel lang niet altijd prettig) in orde, en zelfs noodzakelijk of essentieel. Het andere missen is ingewikkelder. Ik verhoud me er op dezelfde manier toe - werkend - maar ik kan er minder grip op krijgen, terwijl het concreter is. Mijn moeizame verhouding met tijd (mijn existentiële haast) helpt hierin niet mee. En hoewel het ene missen het andere niet is verwijst het er wel naar. Weten dat ik iets wel overleef, of dat het beter is zo (vervelende uitdrukking) verzacht niet, verscherpt eerder (dat te weten en het niet om kunnen buigen). Ik ben er wel en niet goed in. Wel omdat ik hard ben, niet omdat ik zacht ben. Dat het overgaat of minder wordt is het ergste of moeilijkst te accepteren omdat het raakt aan vergeefsheid (waarom wil ik toch alles bewaren?).
Het is natuurlijk zo dat sommige dingen gewoon verdrietig zijn, dat ik soms een verdrietig dier ben.

 

 

donderdag 15 juli

Medisch

1.

Ik vind het vervelend als mensen aan me zitten, behalve in een medische context, dan vind ik het over het algemeen wel prettig (ik bedoel dit alles niet-erotisch).

2.

De huisarts schreef codeïne voor. ('Tegen de hoest.' 'Maar ik hoest niet.' 'Dat we die spiraal doorbreken, van de irritatie en de hoest.' 'Maar ik hoest niet, ik heb alleen de irritatie.' 'Het is toch goed.') Ik begrijp dus niet precies waarom maar ik word er wel genoeglijk rustig van (ik ga er zachtjes van spinnen). Ik hou ze als lekkere slaappilletjes.

 

 

woensdag 14 juli

De dag van de monsterlijke baliemedewerkers

1.

'U bent wel heel vriendelijk hè. U bent de vriendelijkste NS-medewerker die ik ken,' zei ik zo dreigend mogelijk. Ik begreep opeens waarom mensen een ander mens in het gezicht willen spuwen. Haar gezicht was er eigenlijk perfect voor, leeg en papperig wit, bijna uitdrukkingsloos. De gedachte schonk me meer voldoening dan het spuwen me zou schenken, dacht ik.

2.

'Dat is voor jouw privacy,' zei de vrouw bij de bloedafname. Ik knikte. Ze had net tegen een oude dame gebulderd dat die achter de lijn moest blijven. Ze zei het hard, zodat iedereen kon horen dat het voor mijn privacy was, alsof er iets geheimzinnigs met me aan de hand was, iets dat veel privacy behoefde. De vrouw had enorme armen. SM, dacht ik, SM, SM, SM. En dragonder. Ik kon niks anders denken dan SM en het woord dragonder, en ik hoopte maar dat dat laatste niet sexistisch was.

 

 

woensdag 14 juli

Dancing Auschwitz

Hier. Ik vind het een moeilijke video, niet mooi maar wel goed, omdat hij me ergert en toch raakt, en iets zegt over clichés en sentimentaliteit.

 

 

dinsdag 13 juli

Over jagen

Ik ben nog steeds moe maar ik begin weer over mezelf te denken in de eerste persoon in plaats van in de derde persoon, dus morgen ben ik er weer. Voor vanavond: The magic finger (ik vind het einde niet zo goed, ik had liever gehad dat ze doodgeschoten werden, het is nu een beetje zoet, maar het idee is leuk - en let op het 'We allow each other').

 

 

zaterdag 10 juli

Stil

Ik ben even weg/ziek/moe. Ik denk dat ik er over een paar dagen weer ben.

 

 

vrijdag 9 juli

Vechters

Ik maak me al de hele dag kwaad over dit artikel, waarin wordt gesteld dat: 'Kankerpatiënten of mensen met hart- en vaatziekten hebben twee tot drie keer zoveel kans hieraan te overlijden als ze ook nog depressief zijn. Omgekeerd hebben ‘vechters’ juist meer kans om te overleven: zij hebben een aantoonbaar hogere weerstand.' Het is volkomen onduidelijk naar welke onderzoeken Honig verwijst, de woordkeus is naar (alsof mensen met een depressie geen vechters kunnen zijn!), en volgens mij klopt de conclusie die hij trekt niet (en het neigt naar het idee dat kanker/ziekte te genezen is door positief denken, een doodenge gedachte).

 

 

vrijdag 9 juli

Een beetje eenkennig

Ja, je zou het niet zeggen maar ik ben nu vijftig en ik heb al veertien, al veertig jaar honden. En ik zie gewoon dat dat een lieve hond is. Een lieve hond hè. En weet je, baasjes en honden lijken op elkaar. Wat ik zie: een beetje eigenzinnig, een beetje eenkennig, een beetje type aap uit de boom kijken, sterk karakter. Heb ik gelijk? Ik heb gelijk hè. Je neemt het me niet kwalijk toch? Het is een compliment, goed bedoeld, ik bedoel het goed, ik zie je wel weer hè.

 

 

donderdag 8 juli

Bus

De hond en ik stapten bij het strand in de bus. Het was ongeveer half negen, en in de bus was het warmer dan buiten.
Voor ons stapten vijf Amerikaanse meisjes in, we bleven de hele reis de enige passagiers. De meisjes maakten een reis door Europa, maakte ik uit hun gesprek op, ze waren al in Italië geweest. Het was een vreemd groepje: een blonde tweeling van een jaar of achttien, een ander blond meisje dat iets ouder leek, een donkerharig meisje van een jaar of twaalf met grote donkere ogen en een meisje van rond de vijftien me
t bruin haar. Ze droegen allemaal ongeveer dezelfde kleding (strakke spijkerbroek, hemdje met vestje, Birkenstocks). De tweeling voerde het woord, en het oudere blonde meisje zei af en toe iets (ze probeerde ook de namen van de haltes uit te spreken). Het jongste meisje luisterde naar het gesprek, en soms stelden de anderen haar een vraag om haar erbij te betrekken. Het andere meisje zei niets en keek een beetje uit het raam. Ze keek de anderen niet aan. Misschien had ze heimwee, misschien was ze moe, misschien was ze de blonde tweeling zat, misschien dacht ze aan iets anders. Na een tijdje zag ik dat ze naar de hond lachte, die haar aankeek. Ze zag dat ik het zag, we keken elkaar even aan, en toen keek ze snel de andere kant op. Ik keek ook maar snel de andere kant op. Een van de blonde meisjes probeerde de aandacht van de hond te trekken door een geluidje te maken en met haar hand te wapperen.

 

 

donderdag 8 juli

Het hondje in de bakfiets

 

 

woensdag 7 juli

Een liedje over een meisje dat ik in een film zag

 

 

dinsdag 6 juli

De bloemetjes laten hun kopjes hangen

Ze zingen zachtjes van nee.

 

 

maandag 5 juli

Houden

Ik had de poes een lekker blikje gegeven van een duur merk, als traktatie, maar hij werd er heel ziek van, hij heeft een teer maagje, en toen voelde ik me zo'n beul. Hij ging ook nog schuimbekken van het vlooienspul. Het is moeilijk om op de goede manier van iemand te houden.

 

 

zondag 4 juli

Een man met een stoornis

Bij sommige optredens verander ik in mijn publiek. Het gebeurt met name bij optredens waar veel mensen zijn en weinig mensen luisteren. Als de mensen wel luisteren, blijf ik mezelf - ben ik een geconcentreerde versie van mezelf die muziek maakt. Als mensen alleen langslopen en soms chagrijnig kijken, zoals gistermiddag op de markt, word ik een huls die muziek voortbrengt en oogcontact maakt en daar in gaat hangen, word ik iedereen die langsloopt (een kind in een rolstoel met een rood-wit-blauw gipsen been, een forse vrouw met een gouden tand in een te strakke zalmroze jurk, een man met een stoornis). Aan het einde van het optreden verander ik gelukkig altijd weer terug in mezelf. Ik vind het niet onprettig maar word er vaak wel melancholisch van.

 

 

zaterdag 3 juli

 

 

zaterdag 3 juli

De Israëliërs

Als ik mijn hardloopschoenen aanheb zonder dat ik aan het hardlopen ben doe ik mezelf altijd aan de Israëliërs denken (als ik ’s ochtends de hond uitlaat moet ik vaak aan Jeltsin denken die ooit op staatsbezoek in Amerika in een onderbroek een taxi inging om pizza te gaan eten – voor ik de deur uit ga controleer ik altijd goed of ik schoenen aan heb en onder- en bovenkleding). De Israëliërs droegen ongeacht het seizoen hardloopschoenen, heuptassen, zonnebrillen in het geverfde haar en felgekleurde windjacks. Ze namen vaak eten mee. Ze kwamen een keer 's avonds laat aan, en toen mochten wij uit bed, en werd er beneden gezongen en gedanst en gelachen.

 

 

vrijdag 2 juli

60 jaar

Ik kreeg net een brief waarin stond: ‘U ontvangt geen uitnodiging meer als u over 5 jaar ouder bent dan 60 jaar.’ Dat zou toch wat zijn, dacht ik, als ik over 5 jaar opeens ouder zou zijn dan 60 jaar.

 

 

vrijdag 2 juli

Zomeractie vakantiekaart

Als je me je adres mailt dan stuur ik een ansichtkaart met een weblogbericht.

 

 

vrijdag 2 juli

Verlangst

Schrijf 25 juli vast in je agenda, dan is om 16 uur de opening (met optreden) van de expositie die ik met Miriam in de Boterhal heb (zie hier en hier).
Verlangst is West-Fries, iets tussen verlangen en heimwee.

 

 

donderdag 1 juli

Van ze lalala en hohoho

Ik speel zaterdag in Den Haag, hier (vestiging Leyweg), en zondag in Haarlem, hier. Ik vind het leuk als jullie komen. Nu nog zieligere liedjes!

 

 

donderdag 1 juli

Dat het leek of het nacht was

En toen werd het opeens zo donker dat het leek of het nacht was, en alle diertjes kropen weg in hun holletjes, dicht tegen elkaar aan, en ze gingen slapen, en ze hoopten dat het snel weer licht zou worden.